"Niet alleen de zorg voor stervenden is optimaler, ook de vertrouwensrelatie met familieleden verbeterde”
Het magazine 'Nursing' interviewde twee zorgverleners uit afdelingen die reeds deelnamen aan het zorgrpgramma laatste levensdagen. Zij getuigen over de implementatie en gebruik van de praktische tool die de levenseindezorg verbetert in de geriatrie.
“Ik voel me er het meest fier over dat niet alleen de concrete zorg voor stervenden optimaler is, maar ook de vertrouwensrelatie met familieleden verbeterde door een open communicatie,” vertelt Chris Van Uytlange, hoofdverpleegkundige geriatrie van het AZ Sint Blasius in Dendermonde.
“In het begin was er wel wat weerstand tegen dit programma, ‘nog maar iets dat erbij komt’, maar we hebben dit programma eigen accenten kunnen geven en het werkt nu voor ons,” vertelt verpleegkundige en wondzorgspecialist Robrecht Reynders van de Salvator campus van het Virga Jesse Ziekenhuis in Hasselt.
“In het verleden waren er wel eens geriaters die wilden blijven doorbehandelen wanneer dit nog weinig zin had. Door het multidisciplinair overleg zitten de verschillende geledingen van het personeel nu meer op één lijn.”
Robrecht Reynders: “Ik heb het gevoel dat de patiënt de laatste dagen van zijn leven comfortabeler is. We checken vaker of allerlei aspecten van fysiek en mentaal welbevinden nog goed zitten. We doen dat niet om de 4 uur, zoals in de leidraad aangegeven wordt, maar bij de start van elke shift. Bij fysieke ongemakken wordt er sneller dan vroeger opnieuw geoordeeld of een interventie nodig is. We spelen gewoon korter op de bal in de zorg. En de familie wordt meer dan voorheen betrokken bij overleg, kan op elk uur van de dag of nacht aanwezig zijn en krijgt geregeld informatie. De infobrochure ‘wat te doen bij de laatste levensdagen?’ die voor dit programma ontworpen werd, is ook heel handig. Familieleden uiten geregeld hun appreciatie dat hun geliefde die laatste dagen niet afgezien heeft, dat ze op de hoogte gehouden werden van het verloop, dat ze intussen een koffie en een koekje krijgen in het gesprekslokaal, en dat hun overledene meteen na overlijden mooi opgebaard wordt.”
Net als Robrecht Reynders en zijn collega’s, krijgt ook Chris Van Uytfange geregeld de vraag van familieleden om hun vader of moeder niet op de hoogte te stellen van het nakende overlijden. Van Uytfange: “Wij zijn door dit zorgprogramma beter dan voordien gewapend om niet alleen sneller te reageren op symptomen, vanuit een goed multidisciplinair overleg,we zullen familieleden nu ook uitdrukkelijker aanmoedigen om het naderend einde wel bespreekbaar te maken. Het is heel belangrijk dat mensen weten hoe het ervoor staat met hen zodat ze nog bepaalde zaken kunnen uitspreken. Nadien hoor ik hierover vaak appreciatie van familieleden die blij zijn dat ze toch de kans gekregen hebben om iets belangrijks te zeggen tegen hun geliefde.” Zorg voor een stervende patiënt is zorg voor lichaam en ziel.