Luc Deliens is hoogleraar palliatieve zorg onderzoek aan de Vrije Universiteit Brussel (VUB) en de UGent. Volgens hem mogen we het debat over levensmoeheid niet uit de weg gaan.
LUC DELIENS 13 april 2024:
CM-voorzitter Luc Van Gorp heeft op een ietwat ongelukkige wijze de maatschappelijke discussie geopend over levensmoeheid en voltooid leven. Op zich was zijn intentie lovenswaardig, maar door zowel de koppeling aan de euthanasiewet als de koppeling aan de uitdagingen in de zorg, werden de reacties meteen emotioneel en erg ideologisch geladen. Toch mogen we als samenleving het debat over levensmoeheid of ouderen die hun leven als voltooid zien niet uit de weg gaan.
Elke hulpvragende mens met aanhoudende levensmoeheid of ouderen die hun leven als voltooid zien, moeten steeds ernstig worden genomen. Het debat over deze complexe problematiek is gebaat bij een goed begrip van de problematiek en onderbouwd met wetenschappelijk onderzoek. ‘Voltooid leven’ is een complex begrip en eigenlijk een verzamelnaam voor verschillende condities van ouderen die het best gedefinieerd wordt als “een toestand waarin een oudere tot de conclusie is gekomen dat de waarde en de zin van het leven zodanig zijn afgenomen, dat hij of zij de dood gaat verkiezen boven het leven”.
Kenmerkend voor deze definitie is dat voltooid leven ook zonder ziekte en fysiek lijden kan voorkomen, dat het een beleving van ouderen is en dat ze gepaard gaat met een aanhoudende actieve doodswens. Hoe groot deze problematiek is onder de ouderen is nog nooit onderzocht in ons land. De groep ouderen die een dergelijk doodswens heeft, wordt vaak ook geconfronteerd met meerdere aandoeningen. De groep ouderen waarbij de doodswens geheel niet is gerelateerd aan een ziekte, zal wellicht klein zijn.
Volgens recent onderzoek heeft 4 procent van de ouderen in Nederland een actuele wens om te sterven. De meesten onder hen hebben ook een medische aandoening. Uit VUB-UGent-onderzoek in ons land bij meer dan 500 Vlaamse artsen blijkt dat ‘levensmoeheid’ een reden is voor een euthanasieverzoek bij 28 procent van alle verzoeken. Bij 9 procent was dit ook de belangrijkste reden voor het euthanasieverzoek. Omdat dit onderzoek plaatsvond bij artsen die naar aanleiding van een actueel euthanasieverzoek een LEIF-arts raadpleegden, waren alle gevallen gerelateerd aan een aandoening of medische conditie.
In Nederland is er al langer een debat gaande over voltooid leven en de partij D’66 heeft hierover in 2023 een wetsvoorstel ingediend. In het voorstel voert een levenseindebegeleider gedurende minimaal zes maanden intensieve gesprekken met een wilsbekwame oudere over de wens om te sterven. Tijdens deze gesprekken moet de levenseindebegeleider een beeld krijgen of er voldaan wordt aan de zorgvuldigheidseisen vermeld in de wet en maakt deze de afweging of er ook andere hulp mogelijk zou zijn. Als aan alle zorgvuldigheidseisen is voldaan, maakt de levenseindebegeleider in overleg met de oudere een afspraak voor het moment van hulp bij zelfdoding.
Dit voorstel heeft het niet gehaald, onder meer omdat een commissie van wijzen het niet nodig achtte om deze problematiek te regelen buiten de bestaande euthanasiewet om, maar ook omdat de artsenfederatie KNMG harde kritiek had op het wetsvoorstel.
Dat het maatschappelijke debat over ouderen die hun leven als voltooid zien moet gevoerd worden is duidelijk. Het beantwoordt aan een reële vraag en uitdaging bij onze ouderen. Het zou lovenswaardig zijn als de oproep van Luc Van Gorp ernstig wordt genomen en dat er binnen de schoot van de regering in ons land een multidisciplinaire wetenschappelijke commissie van sociologen, psychologen, ethici, artsen, verpleegkundigen en juristen wordt opgericht.
Dan kunnen we hopelijk los van alle emoties en angsten deze conditie van ouderen in alle objectiviteit onderzoeken en kunnen aanbevelingen worden geformuleerd rond deze zeer complexe problematiek. Pas nadien lijkt het mij aangewezen na te denken over eventuele wetgevende initiatieven.